Trektocht door een onzichtbare herfst

Triene Nottebaere trok naar een info-avond rond TTIP, ging kijken naar de toneelvoorstelling Oeps, was mee op uitstap met de Zorgelozen naar de tentoonstelling Et si on osait la paix, en staat stil bij de spreidstand tussen idealisme en realiteit.

opstart ‘Kortrijk TTIP-vrije stad’ / https://www.facebook.com/KortrijkstrijdtegenTTIP/?fref=ts



dinsdag 27 september

Bij Vormingplus in Kortrijk gaat een infoavond door over TTIP en CETA, de trans-Atlantische vrijhandelsakkoorden van Europa met Amerika en Canada. Ik had er al over gehoord maar wou er nu eens meer over te weten komen. Waarom was die manifestatie er geweest in Brussel tegen CETA? Waarom vormen gemeentes samen met tientallen organisaties een gezamenlijk front om zich TTIP-vrij te verklaren? Want het viel me op hoeveel mensen de termen eigenlijk wel konden uitspreken, maar hoe weinig er eigenlijk invulling kunnen aan geven. En ik geef toe dat ik daar zelf ook één van ben. Dat zette mij aan het denken. Om een mening te kunnen hebben over iets, heb je eerst informatie nodig.

Het werd een boeiende avond met Bart Staes van Groen en Sacha Dierckx van de Universiteit van Gent. Ze doorprikten enkele mythes en wezen ook op de gevaren van zo’n akkoord dat doorweven is met clausules die onze milieuwetgeving, sociale regelgeving en de regelgeving rond voedselproductie bedreigen, dat private tribunalen installeert en veel lobbyruimte biedt aan multinationale bedrijven. Een hele boterham om te verteren, met moeilijke woorden soms en ingewikkelde denkpistes. Maar het bracht wel wat verheldering die ik tot dan toe nog niet had vernomen… Sommige dingen wil men liever onder een sluier van geheimen bewaren, misschien?

Ik ben wat onthutst als ik naar huis rijd. Alles wordt zo mooi voorgeschoteld door diegenen die er belang bij hebben. Ze konkelfoezen onder elkaar, sluiten deals, trekken de macht nog wat meer naar zich toe. Dat allemaal voor economische groei en nieuwe jobs. Waarom zwijgen ze over commercialisering en privatisering van openbare diensten, over verzwakking van de voedselveiligheid of bescherming van het klimaat, over het nadeel voor KMO’s en ontwikkelingslanden?


woensdag 28 september

Pedagogische studiedag op school, door Jo Vanhecke. Het thema: mediawijsheid. Aangezien ik van de nieuwe sociale media niet veel kaas gegeten heb, en veel terminologie daaromtrent mij als Latijn in de oren klinkt, vrees ik al dat ik er niet veel wijzer door zou worden. Maar kijk, het werd een interessante voormiddag waarbij ik en de anderen van de ene verbazing in de andere vielen. Onvoorstelbaar welke spionage er zit in alles wat we met de computer doen. Hoe elke zoekopdracht, elk bekeken Youtube-filmpje, elk woord uit je e-mails, elk bericht op Facebook, elke bankverrichting, wel ergens wordt bijgehouden. Is het jou nog niet opgevallen hoeveel reclames en aanbiedingen er op jouw scherm terechtkomen die iets te maken hebben met jouw persoonlijkheid of interesses? Sociale media hebben duidelijk niet alleen mogelijkheden. Maar ook de klassieke pers blijkt niet altijd zuiver op de graat. In ons land waar men persvrijheid hoog in het vaandel draagt, weet men verdomd goed wat mensen op welk moment willen horen of zien, of hoe men op de emoties van de publieke opinie kan inwerken. Er werd gezegd dat sommige journalisten af haken omdat ze de waarheid geweld moeten aandoen. Dat sommige persfoto’s gefotoshopt zijn, of dat er bijvoorbeeld bij een bepaalde manifestatie wel vijf keer hetzelfde groepje mensen op dezelfde foto staat om de massa groter te doen lijken.

Ik maak me ongerust als ik naar huis rijd. Wie weet wat van ons en wat weten wij niet van wie?

’s Avonds is er in VIVES in Kortrijk ook nog de start van de campagne van welzijnszorg: samen tegen armoede. Doordat ik in het onderwijs sta, kies ik voor de werkwinkel ‘samen tegen armoede op school en in de klas’. De aula liep vol met mensen die zich vrijwillig inzetten voor dit doel. Doodgewone mensen die vanuit hun hart meewerken aan één of ander project uit solidariteit met de pechvogels in onze samenleving. Twee dames van Les Poupées Passionées stelden op een ludieke manier de campagne voor, er waren enkele persoonlijke getuigenissen en er werd allerlei materiaal voorgesteld waarmee men aan de slag kan…

Ik heb een dankbaar gevoel als ik naar huis rij. Deze mensen, samen met zovele anderen, halen de krantenkoppen niet, ze komen niet in het nieuws op tv, ze ontvangen geen awards. En toch vormen ze een belangrijk fundament in onze maatschappij.

Oeps


donderdag 29 september


Vandaag ga ik naar Brussel, naar de nationale betoging van het vakbondsfront waarvoor ook de onderwijsvakbond een oproep deed. Ook vorig jaar was ik erbij, net als op de Grote Parade van Hart boven Hard. Ik wil samen met vele anderen mijn ongerustheid uiten over de vele regeringsbeslissingen die precies vooral de gewone burger, en veel meer nog, de kansarmen raken. Ik wil op straat komen, mijn nek uitsteken, omdat ik geloof dat er alternatieven zijn om te komen tot een meer solidaire samenleving met gelijke kansen voor iedereen.

Ik ben toch wel een beetje trots als ik naar huis rij… Omdat ik één van die tienduizenden mensen ben die het niet alleen bij woorden laten, maar ook effectief een solidair zichtbaar signaal hebben gegeven.

’s Avonds speelt in Theater Antigone Oeps, een stuk gebaseerd op research, in woord en beeld, over hoe de oorlog nooit gestopt is. Vanaf de eerste seconde zat ik aan mijn stoel gekluisterd. Ik keek en luisterde naar de woordenvloed die over mijn hoofd werd gespuwd door de negen acteurs. Aan een razend tempo sleepten ze me mee in een satirisch bitter beeld met ontluisterende feiten over de Groote Oorlog en de nasleep ervan op de huidige wereldconflicten. Ik voelde mededogen in mijn ziel om de smartelijke pijn van de kindsoldaat, ik voelde mijn groeiend ongeloof en afschuw bij het betoog van de man op het spreekgestoelte die vol passie de waarheid achter de feiten uit de doeken deed en de absurditeit van de werkelijkheid in de verf zette. De geschiedenis herhaalt zich steeds weer. En we zijn er ons allemaal van bewust.

Verward rijd ik naar huis. Intens triest en verdomd boos. De oorlog als voorbedachte rode draad door de geschiedenis. Ik voel me een puppet on a string. Mijn vredesdroom heeft een flinke deuk gekregen.


zaterdag 29 oktober

Met het volgeladen Uniebusje rijden we, op uitnodiging van onze zorgeloze Achille, naar het Mundaneum in Bergen. Het interessante museum, ook wel ‘het internet van het papier’ genoemd, is een schatplaats aan informatie, verzameld door Paul Otlet en Henri La Fontaine, twee pacifistische juristen die als doel hadden om alle wereldwijd beschikbare documentatie te inventariseren en zo het begrip tussen mensen te vergroten en de wereld te verbeteren. De vreedzame relaties tussen volkeren bevorderen door elkaar beter te leren kennen, dus. Als dat niet actueel is! Er zijn maar liefst tien miljoen informatiefiches opgeborgen in de duizenden houten laden van de indrukwekkende bergkasten.

We zijn in het Mundaneum voor de tentoonstelling Et si on osait la paix, over het pacifisme in België. De tijdslijn aan de muur loodst mij door de geschiedenis van de vredesbeweging. Die ontstond al op het einde van de 19de eeuw maar verzwakte tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarna kreeg de beweging weer meer weerklank en vond ze steun bij de Vlaamse Beweging, het socialisme en het oudstrijdersverbond. Het gebroken geweer werd het symbool en de Ijzerbedevaart ontstond onder het motto ’nooit meer oorlog’. In de jaren zestig komt er een massale mobilisatie van oude en nieuwe sociale bewegingen op gang naar aanleiding van de kernwapenwedloop, de oorlog inVietnam en de dekolonisatie. De anti-oorlogsbeweging wordt in de late jaren zeventig een samenwerking over levensbeschouwelijke grenzen heen. Nog later volgt de beweging tegen racisme en is er elk jaar een ‘vredesweek’. En nog steeds zijn vredesbewegingen zoals Pax Christi en Vredesactie actief. Ik kijk mijn ogen uit bij de vele affiches, foto’s, knipsels, vlaggen, getuigenissen… ”Vrede is het verbannen van geweld en alles wat er mee te maken heeft.” Alles? Zouden we dan niet beter helemaal opnieuw beginnen?

Als ik naar huis rijd ben ik wat ondersteboven. Is bouwen aan de vrede een onmogelijke droom? Maakt pacifisme nog indruk op de politieke geweldcultuur of is het een lachertje geworden? Ik zucht als ik eraan denk dat ons land miljarden investeert in nieuwe gevechtsvliegtuigen, terwijl duizenden vluchtelingen door die aanhoudende oorlog in het Midden-Oosten op zoek zijn naar een thuis. Vechten voor vrede… Hoe doe je dat?


Triene Nottebaere