WIENS VIJAND VAN WELK VOLK?

Dominique Willaert in gesprek met Geert Six

Komend najaar presenteren de Unie en Theater Malpertuis Vijand van het volk, een bewerking van het toneelstuk van Henrik Ibsen. Het voorbije voorjaar werd collega Dominique Willaert, artistiek leider van Victoria Deluxe, er ei zo na één. Hij ging hierover in gesprek met Geert Six.

In het voorjaar doken bij verschillende publieke optredens van Theo Francken, onze staatssecretaris voor Asiel en Migratie, mensen op om hun ongenoegen te uiten over zijn beleid. Tijdens een lezing aan de Gentse Universiteit werd hij een paar keer onderbroken door toehoorders die hem getuigenissen van vluchtelingen wilden voorleggen, of een vraag wilden stellen. Dominique was een van hen en liep al snel in de kijker.

“Midden in de tekstbewerking van Ibsens Vijand van het volk zag ik het gebeuren”, zegt Geert. “Ik dacht, Dominique, opletten, straks word jij de nieuwe vijand van het volk, sta je met je rug tegen de muur en kan je amper nog functioneren. Gelukkig volgde er op de eerste hetze een reportage in De Standaard, waar je je verhaal toch iets genuanceerder kon brengen. Dan mag je hopen dat al die Facebookers dat ook gelezen hebben. Maar het deed me wel stilstaan bij de vraag of je een gevaar kan vormen voor wie de macht heeft, door met je werk maatschappelijk verzet uit te dragen.”

Waar ging het alweer over?

Dominique: “Wat er is gebeurd heeft een lange aanloop die niet in de media is gekomen. Op een bepaald moment merkten we met een aantal vrijwilligers en personeelsleden die zich inzetten in asielcentra dat gezinnen met kinderen versneld en vervroegd naar andere opvangcentra werden verplaatst. Dat gebeurde omdat Theo Francken een aantal centra versneld wilde sluiten. Via een petitie probeerden we hierover in overleg met hem te gaan, maar hij weigerde dat. Zijn argument op Twitter was dat hij verkozen was en dus een mandaat had om te doen wat hij wil. Intussen ging hij overal in Vlaanderen spreken, vooral voor jonge mensen, zoals in universitaire aula’s. Ik ging luisteren en vond het zeer intrigerend dat hij free speech kreeg, met als rode lijn een pleidooi voor push-backs en gesloten grenzen. Maar dat is niet realistisch en niet haalbaar. Ik vond dat dus een vorm van propaganda. Studenten hebben recht op een tegensprekelijk debat hierover. Dat was mijn punt, niet het tegenhouden van lezingen. Ik vroeg gewoon een dialoog.”

En voor je het weet zijn krachten aan de gang waar je geen vat op hebt?

Dominique: “Theo Francken en zijn partij de N-VA hanteren graag de complottheorie. Ze vinden zich slachtoffer van de ‘linkse media’ en stellen zich als martelaar op. Ze zeggen dat hen het woord wordt ontnomen, plakken een gezicht op de tegenstander en het is vertrokken. Dat van mij is dankbaar natuurlijk. ‘Luizenkop’, ‘met je lang haar’, ‘doe ne keer iets’, dat soort scheldmails krijg je dan. Je bent voor sommigen pas waardevol als je economisch productieve dingen doet. Als je maatschappelijk waardevolle dingen doet zien ze dat niet. Voor een artikel in Het Nieuwsblad belden ze achter mijn rug ons bestuurslid Tom De Meester op. Ik werd geframed als PVDA-er. Waarom bellen ze Luk Verschueren niet, mijn voorzitter? Die heeft een achtergrond bij Beweging.net.”

Zou je het opnieuw doen?

Dominique: “Ik zou het anders doen. Ik denk dat we moeten nadenken hoe we in zo’n zaken een stuk strategischer kunnen worden. Sowieso heb je een back-up nodig van een beweging waarmee je het verhaal kan verderzetten. Als je het als persoon alleen doet, verlies je altijd. Ik ben net terug uit de Balkan. Na veertig jaar communisme geloven de jongeren die we daar spraken niet meer in klassieke leiders. Ze geloven in horizontale structuren waar je meerdere sterke mensen met elkaar verbindt. Naast de eerder verbaal sterken, heb je ook anderen nodig en samen ben je veel minder makkelijk kapot te maken. Die gasten moeten zich wel zo slim organiseren, of de censuur veegt ze van de kaart. Door wat ik heb meegemaakt ben ik het idee van woordvoerder of spreekbuis zijn, beginnen relativeren. Als N-VA een tweede legislatuur aan de macht komt, gaan ze blijven inhakken op het middenveld. Wie zijn stem verheft gaan ze eruit pakken en van de kaart vegen. We moeten een spinnenweb weven, met veel verschillende figuren.”

Ook je organisatie kwam meteen in het vizier?

Dominique: “De collega’s zijn er rustig bij gebleven, binnen de raad van bestuur is er discussie geweest. Maar zolang ik standpunten inneem en acties onderneem die niet in strijd zijn met de visie en de missie van Victoria Deluxe word ik ondersteund en niet onder druk gezet of ontslagen, iets wat Rachida en Alona wel overkwam. Weet je, wat Francken doet is dehumaniseren en criminaliseren, je moet eens zien op zijn Facebook. En zoals ik al zei, onze bestuurders zijn niet alleen zogezegde linkse mensen hé. Er is ook veel steun gekomen vanuit het werkveld. Daar was ik aangenaam door verrast.”

Was dit niet much ado about nothing? Zijn we het niet gewoon verleerd dat iemand zijn stem verheft?

Dominique: “Toen ik in die lezing luidop een vraag durfde stellen merkte ik dat de studenten daar erg van verschoten. Die zijn dat niet gewoon. De vraag is hoe je jonge mensen kan opvoeden in een context waar er tegenspraak mogelijk is. We hebben daarvoor nood aan een pedagogische ruimte waar je bemiddelaars hebt die mee een discussie in goede banen leiden. Dat kan bijvoorbeeld een debatnamiddag zijn, met een moderator en goede afspraken. In deze zin mogen we de impact van de digitale media niet onderschatten. Want daar vallen de bemiddeling en de codes weg. Je valt achterover welk een achterbaks gedrag zelfs slimme mensen daar gaan vertonen. Die ongemedieerde ruimtes hebben weinig met democratie te maken.”

Duldt macht nog tegenspraak?

Dominique: “De macht duldt steeds minder tegenspraak en dit is niet enkel een probleem binnen N-VA, het is een structureel probleem. De voorbije decennia heeft de overheid de sociale vrede afgekocht door het middenveld – het opbouwwerk, sociaal werk, sociaal-artistiek werk – goed te subsidiëren. Op zich niets tegen. Zo is het sociaal-artistiek werk ontstaan in de slipstream van Zwarte Zondag en ik geloof echt dat Bert Anciaux vanuit politiek idealisme geloofde dat we een impact ten goede zouden hebben op de samenleving. Maar eigenlijk is nu de vraag: gaan we het blijven pikken dat we mensen van hot naar her zien verhuizen, amper met een leefloon zien rondkomen? Waarom aanvaarden we wat er is? Wat is er mis met de emancipatorische gedachte, met volksverheffing, met het bewust willen verbeteren van de materiële situatie van mensen?”

Geert: “Het is een zeer onmachtige tijd. De revolutie is nog niet daar. (lacht)Waarom komen sociaal werkers niet in opstand? Omdat ze een huis aan het af betalen zijn, de welstand niet durven loslaten, om niet in het vaarwater van hun ‘klanten’ te komen? Je hebt er dus die genadeloos afvinken en sanctioneren. Maar je hebt er ook die echt begaan zijn met de mensen. Ze zijn moe in de structuren, of ze moeten de structuren beliegen om hun ‘klanten’ te laten overleven. Dat begint hoe langer hoe meer tegen elkaar aan te botsen.”

Dominique: “Waarom gaat het er zo weinig over dat zoveel mensen zich graag schikken naar regels en procedures terwijl die meer ongemak veroorzaken dan gemak? Elke ochtend heb je als sociaal werker het recht om dat formulier dat voor niemand een meerwaarde heeft met de glimlach te scheuren. En waarom gaat het op de hogescholen niet over de verbeelding om in de lokale gemeenschap opnieuw stevige hef bomen te ontwikkelen om onrecht te bestrijden? De lege ruimte die zou kunnen ingevuld worden met verbeeldingsrijke activiteit wordt volgepropt met regels om de leegte op te vullen.”

Hoe kijken jullie naar de toekomst?

Dominique: “Ik vond de jaren negentig lastiger dan nu. Ik herinner me dat er tijdens de eerste inval in Irak een groot feest was in de Vooruit. Daar stonden een paar duizend mensen te feesten. Dat vond ik redelijk postmodern. Na 2008 zijn de dingen beginnen veranderen. Bij jonge mensen merk ik een goesting om collectiever in het leven te staan. Je krijgt ook geen enkele jongere nog opgevoed in het carcan van één partij. Terwijl ónze identiteit verzuild was. Je was kalote of sos. Nu zijn de identiteiten meer gelaagd.”

Geert: “Worstelen we daarom ook niet met onze eigen identiteit? Omdat we het resultaat zijn van een oude politieke cultuur die we hopen zien te herstellen?”

Dominique: “Ik voel dat soms ook zo aan. Het is een soort melancholie omdat je oude idealen opgeeft. Ik ben opgevoed als socialist. Toen we de Ronde Tafel van Socialisten en de Dag van het Socialisme organiseerden zeiden de jonge gasten: moet je dat woord nog wel gebruiken? Ik werd daar kwaad van. Maar als je iets nieuws in de plaats krijgt, is dat wel te doen. Want dat jargon heeft een beladenheid die jongeren afschrikt. Zij gebruiken het woord socialisme niet. Nu heet dat ‘commons’.”

Zitten de kunsten goed op deze tijd?

Dominique: “Toen ik begon, voelde ik me eenzaam in de woestijn. Het kunstenveld was apolitiek. Nu is dat anders. Meer en meer kunstenaars durven en willen gepolitiseerd werk maken. Het sociaal-artistieke heeft zeker zijn rol daarin gespeeld, zijn plek bevochten en verdiend. Onze praktijk is geen bijzaak meer. Er is bij veel makers goesting om dat werk te doen. Maar ik denk niet meer in termen van één veld, wel in termen van mensen en organisaties. Michael De Cock doet het in de KVS op zijn manier, Stijn Devillé ook, Piet Arfeuille is politieker dan je zou denken, Globe Aroma doet heel boeiende dingen, Mestizo Arts Festival, de Unie blijft een begrip en een duidelijke keuze, er is Milo Rau, Jonas Staal, Junior Mthombeni… Als je de puzzel maakt vind ik dat we verder staan dan twintig jaar geleden.”

Geert: “De manier waarop het sociaal-artistiek werk tracht te werken is duidelijk doorgesijpeld in de reguliere kunst. Iedereen wil nu toch bezig zijn met verbinding, participatie, andere culturen… Intussen creëren wij nog steeds vanuit hetzelfde engagement, maar door gesubsidieerd te zijn denk ik wel dat we op een bepaalde manier onze verzetsziel wat verloren zijn. Daarom vond ik je actie opmerkelijk. Maar mijn eigen sterktes kennende denk ik dat ik het politieke straffer kan verwoorden en verbeelden in mijn voorstellingen dan in de aula.”

tekst Joon Bilcke


VIJAND VAN HET VOLK

Unie der Zorgelozen en Theater Malpertuis
tekst en regie van Geert Six, naar het origineel van Henrik Ibsen
do 12 t/m za 14 okt om 20u15 en zo 15 okt om 15u in de Scala, Kortrijk
do 19 t/m za 21 okt om 20u15 en zo 22 okt om 15u in de Scala, Kortrijk
vr 27 & za 28 okt om 20u15 en zo 29 okt om 15u in Malpertuis, Tielt