VOOR WIE OF WAT BEN IK BANG?

Dominique Vergote

Oei, deze morgen ben ik even van mijn melk, of anders gezegd: eerder op een onaangename manier wakker geschud. Ik haal de post (van gisteren) uit de brievenbus en vind daar een flyer waarop in grote letters te lezen staat: ‘OPROEP OPTOCHT: LEEFBARE BUURT – GEEN MEGAMOSKEE’.

De boodschap ‘pakt’ mij. De stijl, de kleuren, het beeld erbij. Het voelt als een kramp in mijn keel. Ik voel de schrik in mijn lijf. De angst ook. Deze taal, deze manier van schrijven boezemt angst in. Deze taal van wij tegen hen. Dit kan ik niet laten liggen. Hier moet ik iets mee.

De huidige moskee in Kortrijk in de Stasegemsestraat is een moskee die ontstaan is vanuit een nood, dat is duidelijk. Met de tijd trok ze geleidelijk meer en meer mensen aan, tot ze uit haar voegen barstte. Vandaar dat de moskee nu noodgedwongen moet verhuizen naar een andere locatie in een buurt waar meer ruimte is.

Ik leef in de buurt van de huidige moskee. Die brengt op vrijdag veel mensen bijeen voor het gebed. Heb ik daar last van? Neen, eigenlijk niet. De vrijdag is het hier druk, zowel qua auto’s als qua volk op straat. Vind ik dat erg? Geen parkeerplaats vinden op vrijdagnamiddag kan even vervelend zijn, ja. Aan de andere kant, de drukte die er op straat heerst op dat moment vind ik eigenlijk best gezellig. Er zijn mensen van allerlei kleuren en van allerlei slag. Het is een soort multiculturaliteit die wel een gemoedelijkheid schept. Het geeft sfeer en doorbreekt de sleur. Ook doorheen de week brengt dit in het algemeen wat kleur in de buurt.

Daarenboven vind ik het ook echt fijn dat er inspanningen gedaan worden vanuit de moslimgemeenschap om contact te leggen met de buurt. Een paar jaar geleden kreeg iedereen uit de omgeving een uitnodiging in de bus om de moskee te bezoeken. Tijdens dat bezoek werd toen al gezegd dat er een ander gebedshuis kwam. Vorig jaar nodigde de moslimgemeenschap ons uit op een Iftar. Ze trakteerden gul met allerlei lekkers (er was geen alcohol – voor sommige Belgen kan dat een gemis zijn maar voor mij niet). Bij onze aankomst werden we uitgenodigd om ons tussen de mensen te zetten en contact te maken met voor ons onbekende buren uit de moslimgemeenschap. Ik had een aantal fijne babbels. De Iftar werd gehouden op het plein voor de kerk. Dat vond ik wel mooi en symbolisch. Nee, ikzelf heb geen last van een moskee in de buurt.

Raadgever

Als ik dan deze flyer in de bus krijg (die wellicht een vroege verkiezingsstunt is) dan grijpt de angst mij naar de keel. Ik kan het niet laten maar ik moet onwillekeurig denken aan oorlog. Opeens komt de polemiek dichtbij en wordt heel tastbaar. Het zal toch niet waar zijn dat mensengroepen ook hier zullen optochten organiseren die leiden tot geweld en onlusten. Ik maak het innerlijk groter, maar dat is wat de schrik met mij doet. Ik heb schrik dat deze ‘opruiende’ flyer zal leiden tot tegenreactie en waar eindigt dat? Extremisme, nog meer elk aan zijn eigen identiteit vastklampen, muren bouwen. Wij en zij. Wij die de goeden zijn, de anderen die het gevaar of de ruziestokers zijn (en dit voor beide kanten). Terwijl we nu, in mijn beleving, in Kortrijk nog in een sfeer zitten van openheid en contact leggen, elkaar leren kennen, overleggen met elkaar en elkaars noden beluisteren. Dat stemt mij gerust. Dat is wat ik wil behouden. Laat ons blijven praten met elkaar.

Ik laat het even bezinken. Nadat de angst wat weggezakt is, overdenk ik alles nog eens. Wat drijft mij om dit te schrijven, wat drijft hen om die flyer op te stellen? Draait het niet allemaal om hetzelfde, namelijk: angst?

Angst is nooit een goede raadgever. Angst leidt tot verstarring, tot stilstaan, tot vasthouden. Angst geeft een signaal dat we moeten alert zijn, dat er iets anders op komst is, dat we de aandacht er moeten bijhouden. Maar verder heeft angst geen functie. Het is belangrijk dat we niet in die verstarring blijven maar van daaruit gaan zoeken om ze op te lossen. Dat we de verandering gaan bekijken en zien wat er mogelijk is. Dat heb ik al meermaals ondervonden in mijn eigen leven en dat rondom mij.

Onlangs kreeg ik van een collega te horen dat haar ‘nog jonge moeder’ ongeneeslijk ziek verklaard was. Ze had het nieuws net gehoord en was in shock. Angst had haar overvallen, ze wist even geen raad, wist niet hoe het verder moest. ‘Wat nu? Wat zonder mijn ma? Nu toch nog niet, ik heb haar nog nodig…’ Angst trok aan de alarmbel. Ze reageerde verschrikt. Er zal iets veranderen, er was al iets veranderd. Maar zit de oplossing dan in boos worden en zeggen: ‘Ik wil hier niets mee te maken hebben, ik wil het niet weten, ga weg.’

Ik denk ook aan mijn buren met jonge kinderen. De eerste keer dat die kinderen alleen met de fiets naar school vertrokken, alleen op weg in het drukke verkeer. De schrik sloeg hen om het hart, komt dat wel goed? Er speelden allerlei doemscenario’s in hun hoofd. Maar moet je je dochter dan tegenhouden en zeggen: ‘Ik wil het niet. Laten we het bij het oude houden en blijf thuis.’?

Evenzo met opgroeiende kinderen die geleidelijk hun eigen weg gaan. Heel wat van mijn vrienden-moeders keken bang toe. Ze willen ver op reis, of ze willen in het buitenland studeren, of ze worden verliefd op iemand waarvan je als ouder vreest ‘dat komt toch nooit goed’… Is de oplossing dan zeggen: ‘Ik wil hier niets mee te maken hebben, ik wil het niet.’? En bijgevolg je kinderen thuis houden of kwaad worden en wegsturen?

Eveneens heel herkenbaar in onze maatschappij is de angst om relaties aan te gaan, om engagementen aan te gaan. Je uit angst of zelf bescherming (gedeeltelijk) afsluiten – ‘we zullen wel zien hoelang onze relatie zal duren’ – is veiliger dan je te verbinden of samen te zoeken naar een nieuwe manier van samenleven. Maar is dit steeds weer vasthouden aan het oude, vertrouwde een oplossing? Gedeeltelijk, tijdelijk… maar welke kansen, verandering en groei missen we dan?

Onbekend

De bewuste flyer speelt doelbewust in op angst. ‘Wat als mijn buurt waarmee ik zo vertrouwd ben, zal veranderen. Wat als blijkt dat er wekelijks een massa onbekenden, vreemden mijn vertrouwde buurt zal binnendringen. Wat zal dat betekenen voor de rust, de veiligheid, voor de ruimte die we nu hebben, voor de nu al fel begeerde parkeermogelijkheden…’ Maar is de oplossing dan: ‘Ik wil hier niets mee te maken hebben, ik wil het niet’?

Ook bij mij roept de folder angst op. Angst voor discussies, ruzies, voor extremisme met agressiviteit tot gevolg. Angst voor striktere afspraken, meer regels, meer wantrouwen en meer onveiligheid. Angst ingevuld op een andere manier, maar het is één en dezelfde angst. Ik wil het niet weten, ik wil er niets mee te maken hebben? Ook hier leidt verstarring niet tot een oplossing…

En de flyer speelt met deze angst, wakkert die zelfs aan. Dat zie je aan de vormgeving, aan de taal, aan de opbouw. De aankomende gemeenteraadsverkiezingen zullen hier wel tussen zitten en angst creëren lijkt in dit geval een hulpmiddel te zijn om stemmen winnen. Maar angst creëren leidt nooit tot oplossingen. Integendeel, bewijze hiervan de voorbeelden hierboven. Mogelijkheden en kansen worden dan niet meer gezien, veranderingen en oplossingen worden ontweken. Openheid wordt geslotenheid, respect wordt verwijten, samen wordt tegen…

Voor mij is het heel duidelijk. Als we ons laten meeslepen door de angst dan wordt evolueren moeilijk en verliezen we kansen. We missen een kwaliteitsvol afscheid met ons moeder, de kans ontglipt ons om onze kinderen te zien groeien en bloeien tot verrassende mensen waarop we fier en dankbaar mogen zijn en we laten kansen liggen om een mooie relatie of verbinding aan te gaan die ons laat ontplooien tot een mooier mens waarvan we niet wisten dat dit mogelijk was.

Meegaand in de angst waartoe de flyer oproept, missen we dus ook de kans om samen met alle partijen eerlijk en vrij onze mening te zeggen, in een respectvolle sfeer te luisteren naar elkaar, om te ontdekken wat voor ieder belangrijk is en om zo samen met de ‘anderen’ te evolueren naar een nieuwe en verfrissende toekomst voor onszelf en voor onze kinderen.
 
De beklemming in de keel is intussen wat minder geworden. Het is mij intussen wel duidelijk. Angst is niet de oplossing. Ik wil verbinden en mogelijkheden zien.

Vandaar dus dat ik het belangrijk vind dat ik kan laten weten dat het voor mij niet zo erg is om te leven in de buurt van een moskee.