PEOPLE IN THE MIDDLE

Onze voorstelling Vijand van het volk wierp de vraag op in hoeverre we bereid zijn om het compromis te blijven zoeken in een samenleving waar de standpunten radicaler worden. Op zoek naar antwoorden klopten we aan bij Christophe Busch, directeur van de Kazerne Dossin in Mechelen.

Is onze wereld werkelijk meer gepolariseerd dan ooit?

Christophe Busch: “Polarisering en radicalisering zijn van alle tijden en komen in golven. Het links geïnspireerd geweld van de Rode Brigades, de CCC of de RAF is niet gestopt omdat we er adequaat op hebben gereageerd. De samenleving veranderde, hun voedingsbodem verdween en de golf deinde uit. Dat is hoopgevend. Polarisering is ook contextgebonden. Zo kwam de linkse terreur van de RAF na WO II als reactie op het staatsterrorisme van het fascisme. Men noemde hen niet voor niets ‘kinderen van de Führer’. Maar we zien ook patronen. Bij genocide is dit zeer duidelijk: mensen worden eerst weggezet als minderwaardig, lui, parasitair. Vervolgens worden ze vergeleken met ratten of kakkerlakken en uiteindelijk eindigen ze als niets meer dan een object dat vernietigd moet worden. Hoe je over mensen spreekt, schept dus een realiteit. Vandaar dat we zo gevoelig zijn voor woorden als ‘opkuisen’.”

Is het botsen van vele en vaak radicale ideeën net niet de rijkdom van een democratie?

“Zeker wel. Vandaag zien we radicalisering en polarisering uitsluitend als iets negatiefs en gelinkt aan geweld. Maar de democratie is erdoor geworden wat ze nu is. Denk aan de ‘radicale’ strijd om het vrouwenstemrecht. Polarisering in zijn politieke vorm hoeft dus geen probleem te zijn. We moeten bijvoorbeeld fel kunnen discussiëren over het gebruik van religieuze tekens in onze seculiere samenleving. Het probleem ontstaat als de constructief bedoelde discussie doorschiet naar versimpelde beelden die negatieve eigenschappen aan een groep mensen linken. ‘De’ hoofddoek als teken van ‘de’ moslims die ‘de’ vrouw onderwerpen. Dan dreigt sociale polarisatie die groepen tegen elkaar opzet en het sociaal weefsel uit elkaar trekt. Het is ontstellend hoe in de aanloop naar de Holocaust groepen mensen met een rotvaart diametraal tegenover mekaar kwamen te staan. De politieke discussie tussen nationaalsocialisten en democraten groeide in geen tijd tot een tweedeling tussen Übermenschen en Untermenschen, met alle gevolgen die we nu kennen.”

Hoe pakken we polarisatie best aan?

“Bij polarisatie heb je altijd twee extreme polen, twee ‘pushers’. Bijvoorbeeld, Filip De Winter die zegt dat de islam onze cultuur kapotmaakt. En aan de overkant Fouad Belkacem van Sharia4Belgium die het omgekeerde zegt, dat het westen hen uitspuwt. Beiden hebben volgers. En vanwaar komen die? Die komen uit de samenleving, uit ‘het midden’. Dat zijn gewone mensen met doodnormale noden als welzijn, zingeving, een goed leven. Wat deden we in het verleden? We zagen polarisatie als een conflict waarin we moesten bemiddelen door de pushers samen te brengen, bijvoorbeeld in een debat. Maar al wat gebeurde was dat beide een kanaal vonden voor hun boodschap. Die krijgt extra zuurstof, de volgersgroepen worden groter, en er ontstaat een dynamiek waarbij iedereen in het midden het gevoel krijgt dat ze moeten kiezen tussen de twee polen. Ik kan mij heel goed voorstellen dat de blanke Vlaming in Gent uit verontwaardiging met de beelden van rellen in Brussel dan kiest voor het ene kamp, en de allochtonen in Brussel voor het andere. Gevolg is dat de polen groeien en het midden leegloopt. Om te depolariseren moet je dus iets anders doen. Je moet de extremen en hun volgers eigenlijk negeren, en je richten op de grote middengroep.”

Is dat geen vorm van censuur?

“Je moet mensen niet compleet marginaliseren. Je moet zorgen dat ze niet de bovenhand krijgen in de communicatiestroom. Tegelijk moet je terugplooien, reflecteren, je afvragen wat precies het punt is, de juiste toon zoeken. Denk aan de rel rond de ouderbetrokkenheid op school. In geen tijd had je goede ouders en slechte ouders en de slechte waren de allochtonen. Maar in werkelijkheid gaat het erom goed te onderzoeken hoe je de algemene betrokkenheid van ouders op het schoolleven verhoogt. Depolariseren vereist energie en tijd die er vaak niet is. Maar doe je het niet dan weet je dat er vodden van komen. Een journalist of een politicus die willens en wetens de polen blijft voeden, dat is schuldig verzuim.
Uiteindelijk is de uitdaging hoe we de democratische rechtstaat organiseren om tot een grotere stabiliteit te komen in een wereld die permanent impulsen zal geven naar destabilisering. Daar heb je staatsmannen voor nodig en die mis ik. Een Jacques Delors die weet dat iedereen zijn partij heeft, maar die wil gaan voor een hoger ideaal. Dat mankeer ik. Dat zijn ook ‘sterke leiders’.”

Zijn we na al die jaren ook niet verleerd om met conflicten om te gaan?

“Dat denk ik niet. Meestal gaat een conflict over iets concreet. Bijvoorbeeld de verdeling van een stuk grond. Dan ga je bemiddelen tot je tot een oplossing komt. Een stuk voor jou en mij. In se zijn we dat niet verleerd. We doen dat al van in de kleuterklas. Als er ruzie is om snoep zal de leerkracht de kinderen helpen om het conflict op te lossen. Maar bemiddelen bij polarisatieproblemen heeft dus al te veel zaken onnodig op scherp gezet. Die fout mogen we niet meer maken.”

Heeft verandering niet altijd conflict nodig?

“Iedereen wist dat er iets schortte aan ons politieapparaat, maar Dutroux was nodig om het te veranderen. Je hebt altijd incidenten nodig om tot veranderingen te komen, en grote incidenten om tot grote veranderingen te komen. Het is spijtig maar het is zo. En intussen moet je er natuurlijk voor zorgen dat de samenleving niet helemaal ontwricht.”

Geloof je dat compromissen te allen tijde te sluiten zijn?

“Ik ben absoluut overtuigd dat een compromis tussen verschillende maatschappijbeelden altijd mogelijk is binnen de fundamentele rechtenkaders die zijn ontstaan na het verschrikkelijke geweld van WO II: het geloof in een seculiere rechtstaat, de basisprincipes als gelijkwaardigheid van man en vrouw, de mensenrechten, …”

Kan de ene burger zich intussen niet meer permitteren dan de andere?

“Ja, er ontstaat meer en meer een dubbele moraal. Ik was aanwezig op de presentatie van het boek Zwijg Allochtoon van Rachida Lamrabet. Wat haar is overkomen is een vorm van institutioneel racisme. Zo noemen we racisme die zo subtiel in onze samenleving aanwezig is dat we ze bijna niet opmerken. Ik riep die avond op om zelf niet bij te dragen aan de polarisatie. Er waren veel moslims in de zaal, en veel van hen namen me dat kwalijk. De blanke man die hen even komt zeggen dat ze moeten opletten om zelf niet te polariseren. Dat was uitdagend maar ik blijf daar bij.”

Maar iedereen mag wel zijn mening uiten?

“Natuurlijk. De vraag is hoe je je gaat positioneren. Ik sprak daarover met schrijfster Dalilla Hermans. Die was terecht in de aanval getrokken tegen Scouts en Gidsen Vlaanderen omwille van de mascotte van hun Oerwoudfuif. Hermans wou het institutioneel racisme aankaarten maar door de focus op de mascotte werd ze onmiddellijk in de ene hoek gedrumd door het andere ‘en de Vlaamse cultuur, en mogen wij al geen kerststalletje meer’-kamp. Wat op zich dus een legitieme aanleiding is tot een dialoog met jongeren over het zich al dan niet thuis voelen in onze cultuur, wordt dan een onmogelijk gesprek. Eens je in één van de twee polen verzeild raakt, is het zeer moeilijk om je terug naar het midden te manoeuvreren.”

Helpt fake news polarisering in de hand?

“Is fake nieuws nieuw? Natuurlijk niet. Het verschil is dat het in WO II werd gemaakt door het ministerie van propaganda, om macht te verwerven en te behouden. Nu kan iedereen fake nieuws verspreiden via de sociale media. De vraag is hoe we ervoor zorgen dat die geen te schadelijke impact hebben op de rechtstaat. Mijn bezorgdheid is dat nationale overheden daar niet meer in slagen. Het zijn privébedrijven als Google die de informatie controleren. Vroeger deelden we onder collega experten bijvoorbeeld extremistische documenten op Google Docs. Dat lukt nu niet meer. Want Google heeft een algoritme ingebouwd dat zogenaamd extremistische documenten herkent en wist. Dat is op zich goed. Maar wat als die bedrijven in verkeerde handen komen?“

“Informatie is veel meer gespreid, maar we leren er ook beter mee omgaan. Vandaag kunnen we traceren welke van de miljoenen posts op sociale media leiden naar sociale polarisatie, en welke aantonen dat mensen net aan het leren zijn hoe ze op een genuanceerde manier met deze nieuwe fenomenen moeten omgaan. We weten dus welke informatie moet worden ingeperkt, en welke gestimuleerd. En we zien dat mensen ook best wel leren communiceren in de nieuwe realiteit.”

Het glas is even half vol als half leeg?

“Er zijn veel argumenten om Saoedi-Arabië links te laten liggen, maar bij complexe geopolitieke zaken primeren economische belangen nog steeds op mensenrechten. Er is Syrië, Europa dumpt zijn migratieprobleem in landen als Turkije, Libanon… Zoals wij in ons museum verwijzen naar het niet helpen van de Joodse vluchtelingen, zo zal men over zoveel jaar ook naar ons verwijzen. Anderzijds, binnen het internationaal strafrecht waren er voor WO II al wat afspraken. Maar het corpus aan internationaal strafrecht dat we vandaag hebben is onvoorstelbaar. Op zestig jaar tijd. Het ding is dat we ons eigen leven als referentiekader nemen. Daarbinnen moet het allemaal gebeuren. Maar voor sommige veranderingsprocessen heb je meerdere generaties nodig. Vanuit dat oogpunt zie ik alleen vooruitgang.”

www.kazernedossin.eu
www.polarisatie.nl

interview Joon Bilcke